Antisemitismeschandaal in Brandenburg: Joden mogen het huis niet betreden!
Antisemitismeschandaal in Brandenburg: Schneider verbiedt Joden het huis binnen te gaan. De politie doet onderzoek naar beschuldigingen van opruiing.

Antisemitismeschandaal in Brandenburg: Joden mogen het huis niet betreden!
Brandenburg wordt momenteel geschokt door een antisemitismeschandaal. In een kleermakerij voor verbouwingen in Kleinmachnow werd een Facebook-bericht van de eigenaar Osman Uyar ontdekt, waarin stond: “Vanaf vandaag mag geen enkele Jood mijn bedrijf betreden...”. De smakeloze inzending werd snel verwijderd, maar de politie doet nu onderzoek wegens opruiing. De beschuldigingen zijn ernstig en de impact van dit incident wordt breed besproken.
Osman Uyar zegt dat hij de post pas via de politie heeft vernomen en geeft zijn zoon, Mehmet Uyar, de schuld van de onuitsprekelijke boodschap. Mehmet runt de kleermakerij “Yörük II” in Calau. Ook staat hij op Instagram afgebeeld met een wolvengroet, een symbool van de rechts-extremistische groepering Grijze Wolven. Ondanks zijn associatie met dergelijke symboliek weigert Mehmet Uyar de beschuldigingen te erkennen en beweert hij dat zijn Facebook-account is gehackt. ‘Ik kan er niets aan doen’, zegt hij onder grote druk.
Juridische gevolgen en publieke perceptie
Het politieonderzoek is al begonnen en woordvoerster Stefanie Wagner-Leppin bevestigde dat er maatregelen worden gepland, zoals het aanpakken van mensen die risico lopen. De kwestie van het aanzetten tot haat ligt bijzonder gevoelig: een bekende paragraaf in het Duitse strafrecht, sectie 130 van het Wetboek van Strafrecht, regelt deze kwestie en voorziet in gevangenisstraffen tot vijf jaar. Wat nog zorgwekkender is, is het feit dat antisemitische inhoud via sociale media wordt verspreid en dat platforms als Facebook, Instagram en TikTok steeds vaker met dergelijke verhalen worden geconfronteerd. Deze inhoud maakt misbruik van de angsten en onzekerheden van gebruikers en kan gemakkelijk verdere haat aanwakkeren. Dit blijkt ook uit de analyse van het Federaal Agentschap voor Burgereducatie, dat bpb.de erop wijst dat antisemitische samenzweringsverhalen wijdverspreid zijn op sociale media.
De coronapandemie heeft de afgelopen jaren niet alleen geleid tot een toename van subsidiefraude en vervalsing van vaccinatiebewijzen, maar heeft ook geleid tot een groter bewustzijn van opruiing op sociale netwerken. Een voorbeeld hiervan is de reeds genoemde “Judenstern” met de inscriptie “Niet-gevaccineerd”, die in verschillende berichten werd verspreid. Het Berlijnse Hof van Beroep oordeelde echter in een speciaal geval dat een dergelijke post niet noodzakelijkerwijs aanzet tot haat. De opvattingen kunnen hier sterk uiteenlopen, waaruit blijkt dat het juridische terrein rond antisemitisme en opruiing niet alleen wordt gevormd door rechterlijke uitspraken, maar ook door het sociale discours. In dit kader geeft anwalt.de juridisch advies aan mensen die met dergelijke beschuldigingen worden geconfronteerd.
De rol van sociale media
Het is belangrijk om hier te benadrukken dat sociale media zowel een zegen als een vloek kunnen zijn. Het zijn niet alleen platforms voor haat en vooroordelen, maar kunnen ook dienen om het antisemitisme te onderwijzen en bewust te maken. De sleutel is het bevorderen van digitale mediageletterdheid en onderwijs, en het ontwikkelen van preventiestrategieën om dergelijke incidenten te voorkomen. Het maatschappelijk middenveld speelt een cruciale rol in de strijd tegen haat en onverdraagzaamheid, en elke stem in dit debat telt.
De gebeurtenissen rond de verbouwingswinkel “Yörük I” zijn daarom niet slechts een op zichzelf staand geval, maar een duidelijke indicatie van diepgewortelde sociale problemen die moeten worden aangepakt. De zaak mobiliseert zowel juridische als sociale krachten om stelling te nemen tegen antisemitisme en om de gebeurtenissen in de context van de huidige sociale discussie te bekijken.